1. bijbehorend
Olandese parola "dodatkowy"(bijbehorend) si verifica in set:
Przymiotniki 12. bijkomende
3. extra
We hebben geen extra geld.
Kleef een extra postzegel op de omslag.
Olandese parola "dodatkowy"(extra) si verifica in set:
14/1 Mijn familie is op bezoek4. aanvullende
Olandese parola "dodatkowy"(aanvullende) si verifica in set:
5. Waar waren we gebleven?